User Experience United (UXU)

#1 Preview: Introductie tot UX, Usability, Accessibility

Een ogenblik geduld a.u.b. we laden de video

Preview: Introductie tot UX, Usability, Accessibility

afbeelding auteur

Sjoerd Walinga

Introductie tot UXU Certified User Experience Practitioner (CUXP)

Wat is UX en waarom is het belangrijk?

Gebruikerservaring (UX) speelt een cruciale rol in de acceptatie en tevredenheid van digitale producten. Een goede UX zorgt ervoor dat gebruikers een nuttige, bruikbare, wenselijke, vindbare, toegankelijke, geloofwaardige en waardevolle ervaring hebben. Dit helpt bij het verhogen van gebruikerstevredenheid en loyaliteit.

Doel van de training

Deze training helpt professionals om diepgaande kennis en vaardigheden op te bouwen in UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid. Je leert hoe je gebruikerstesten uitvoert, UX-standaarden toepast en bruikbare ontwerpen maakt die gebruikers ondersteunen en bedrijfsdoelen versterken.

Wat ga je leren?

De kernprincipes van UX en hun invloed op softwareontwikkeling. Het verschil tussen UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid. Het uitvoeren van bruikbaarheidstests en evaluaties. Hoe je gebruikersgedrag analyseert en UX-verbeteringen doorvoert. Het toepassen van UX-richtlijnen, inclusief WCAG en ISO-normen.

Voor wie is deze training?

Deze training is geschikt voor UX-designers, productmanagers, ontwikkelaars, testers en iedereen die zich bezighoudt met het verbeteren van de gebruikerservaring van digitale producten.

Wat zijn de leerdoelen van deze training?

Dit eerste hoofdstuk van de training richt zich op de kernprincipes van gebruikerservaring (UX), bruikbaarheid en toegankelijkheid en hoe deze kunnen worden geëvalueerd en verbeterd.

Gebruikerservaring wordt vanuit verschillende perspectieven bekeken, inclusief de waarde die we aan gebruikers bieden en de invloed van ontwerp op bruikbaarheid. Daarnaast wordt ingegaan op de ISO-normen voor UX en toegankelijkheid, evenals de WCAG-richtlijnen, die een belangrijke rol spelen in het creëren van inclusieve digitale producten.

Er wordt aandacht besteed aan methoden om gebruikersinzichten te verkrijgen, zoals formatief en summatief onderzoek, en het verschil tussen subjectieve en objectieve observaties. Daarnaast wordt het belang benadrukt van een duidelijk doel bij het verzamelen en analyseren van gegevens en het vermijden van vooringenomenheid bij het trekken van conclusies.

Binnen UX-onderzoek spelen gebruikerspersona’s en archetypen een belangrijke rol bij het begrijpen van gebruikersbehoeften en gedragingen. Dit wordt verder uitgewerkt met toegankelijkheidspersona’s, die helpen bij het ontwerpen van inclusiefere ervaringen.

De verschillende methoden om bruikbaarheid te beoordelen en te testen worden besproken, waaronder heuristische evaluaties, expert reviews, cognitieve walkthroughs en informele beoordelingen. Daarnaast wordt het verschil uitgelegd tussen low- en high-fidelity prototypes en hoe deze worden ingezet in verschillende projectfasen.

Ook wordt ingegaan op risicogebaseerd denken, waarbij UX-problemen worden geïdentificeerd en geprioriteerd om gebruikerservaring en productkwaliteit te verbeteren. Tot slot worden veelvoorkomende risico’s binnen UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid besproken, met aandacht voor risico’s op productniveau, gebruikersniveau en organisatieniveau.

Deze leerdoelen helpen bij het ontwikkelen van een gestructureerde, objectieve en effectieve aanpak voor UX-onderzoek, waardoor digitale producten niet alleen functioneel en gebruiksvriendelijk, maar ook toegankelijk en waardevol worden voor alle gebruikers. Zie benede voor de volledige lijst van leerdoelen.

Waar bestaat de syllabus uit?

Hoofdstuk 1: Inleiding tot UX, Bruikbaarheid en Toegankelijkheid

Dit hoofdstuk introduceert de kernprincipes van UX (gebruikerservaring), bruikbaarheid en toegankelijkheid en bespreekt de methoden om deze te evalueren en te verbeteren.

UX, ISO-normen en WCAG

Gebruikerservaring (UX) draait om de interactie tussen gebruikers en digitale producten. ISO-normen bieden richtlijnen voor het verbeteren van UX en bruikbaarheid, terwijl de WCAG-richtlijnen zich richten op digitale toegankelijkheid voor gebruikers met beperkingen.

Gebruikerspersona’s en Archetypen

Het gebruik van persona’s en archetypen helpt bij het begrijpen van gebruikersgedrag en -behoeften. Er wordt onderscheid gemaakt tussen gebruikerspersona’s (fictieve profielen gebaseerd op onderzoek) en archetypen (gedragsmodellen). Daarnaast worden toegankelijkheidspersona’s besproken, die specifieke uitdagingen van gebruikers met beperkingen belichten.

Verzamelen van Informatie

Voor UX-onderzoek is het verzamelen van gebruikersinzichten cruciaal. Dit kan op verschillende manieren:

  • Formatief onderzoek helpt bij het vroeg identificeren van gebruikersbehoeften.
  • Summatief onderzoek beoordeelt de effectiviteit van een product na oplevering.
  • Subjectieve inzichten geven meningen en ervaringen van gebruikers weer.
  • Objectieve inzichten zijn meetbare data over gebruikersgedrag.

Bruikbaarheidsbeoordelingen en -testen

Er zijn verschillende methoden om de bruikbaarheid van een product te beoordelen:

  • Bruikbaarheidsbeoordelingen worden uitgevoerd door experts zonder directe gebruikersinteractie.
  • Heuristische evaluaties volgen vooraf vastgestelde UX-richtlijnen.
  • Expert reviews baseren zich op ervaring zonder formele regels.
  • Cognitieve walkthroughs analyseren hoe intuïtief een nieuw product is.
  • Informele beoordelingen zijn snelle, niet-gestructureerde evaluaties.
  • Bruikbaarheidstesten worden uitgevoerd met echte gebruikers om obstakels in gebruik te identificeren. Verder wordt het belang van low- en high-fidelity prototypes besproken en wordt het verschil tussen bruikbaarheidsbeoordelingen en bruikbaarheidstesten uitgelegd.

Evaluatie, Risico’s en Ontwerpkeuzes

Er wordt ingegaan op: Formatieve en summatieve evaluaties, oftewel het testen in vroege en latere fases van productontwikkeling. Risicogebaseerd denken, om potentiële UX-problemen vroegtijdig te identificeren. De invloed van ontwerp op bruikbaarheid, waarbij ontwerpkeuzes direct de gebruiksvriendelijkheid beïnvloeden. Risico’s binnen UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid, onderverdeeld in:

  • Productgerelateerde risico’s (bijv. verwarrende navigatie, technische beperkingen).
  • Gebruikersgerelateerde risico’s (bijv. toegankelijkheidsproblemen, cognitieve belasting).
  • Organisatiegerelateerde risico’s (bijv. gebrek aan UX-investering, slechte implementatie).

Conclusie

Dit hoofdstuk biedt een brede basis voor UX-onderzoek en -evaluatie. Het benadrukt het belang van gebruikerstestmethoden, risicobeheer en ontwerpkeuzes om gebruiksvriendelijke, toegankelijke en effectieve digitale producten te ontwikkelen.

Voor de training UXU zijn onder andere de volgende leerdoelen gedefinieerd:

  • LO1.1 K1 Onthoud de belangrijkste aspecten waarmee we rekening moeten houden bij het nadenken over gebruikerservaring (UX) en de waarde die we aan onze gebruikers bieden.
  • LO1.2 K2 Begrijp de algemene inhoud en toepasbaarheid van UX-, bruikbaarheids- en toegankelijkheidsnormen (A11Y) volgens de ISO-standaarden.
  • LO1.3 K2 Begrijp de intentie, implicaties en toepasbaarheid van WCAG en andere regionale vereisten.
  • LO1.4 K1 Identificeer de leidende principes van WCAG.
  • LO1.5 K2 Begrijp het proces van het maken en implementeren van gebruikerspersona’s.
  • LO1.6 K1 Leer UX vanuit het perspectief van gebruikers met een beperking.
  • LO1.7 K1 Onthoud de diversiteit en kruispunten van beperkingen.
  • LO1.8 K2 Begrijp het verschil tussen kwantitatieve en kwalitatieve inzichten, evenals het verschil tussen subjectieve en objectieve observaties.
  • LO1.9 K1 Onthoud het belang van kwalitatieve informatie voor betere probleemoplossing.
  • LO1.10 K1 Onthoud het belang van het hebben van een duidelijk doel voordat je een methode kiest om informatie te verzamelen.
  • LO1.11 K1 Onthoud waarom het cruciaal is objectief te blijven bij het analyseren van informatie.
  • LO1.12 K1 Onthoud de meest gebruikte methoden om inzichten te verkrijgen en wanneer je ze toepast.
  • LO1.13 K1 Herinner je wat je in verschillende projectfasen kunt testen.
  • LO1.14 K2 Begrijp hoe je de meest geschikte methoden selecteert om UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid te verifiëren en valideren in een bepaalde projectfase.
  • LO1.15 K1 Onthoud het verschil tussen formatieve en summatieve evaluatie.
  • LO1.16 K2 Begrijp hoe risicogebaseerd denken kan worden toegepast in een bepaald project.
  • LO1.17 K3 Pas de concepten nuttig, bruikbaar, vindbaar, geloofwaardig, toegankelijk, wenselijk en waardevol toe als vragen om UX te evalueren.
  • LO1.18 K2 Begrijp hoe ontwerp invloed heeft op bruikbaarheid, en vice versa.
  • LO1.19 K1 Onthoud de basisprincipes van universeel ontwerp en inclusief ontwerp.
  • LO1.20 K2 Begrijp de typische risico’s op het gebied van UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid.

Alleen al het eerste 'Hoofdstuk 1: Inleiding tot UX, Bruikbaarheid en Toegankelijkheid'behandelt de volgende onderwerpen:

1.1 Overzicht van Gebruikerservaring (UX)

Inleiding tot UX en de invloed ervan op interactie, gebruikerstevredenheid en productwaarde.

1.2 ISO-normen voor UX, Bruikbaarheid en Toegankelijkheid

Internationale standaarden die richtlijnen bieden voor UX, bruikbaarheid en toegankelijkheid.

1.2.1 ISO-normen voor UX en Bruikbaarheid

Normen die helpen bij het creëren van gebruiksvriendelijke en efficiënte digitale producten.

1.2.2 ISO-normen voor Toegankelijkheid

Richtlijnen die zorgen voor inclusiviteit en digitale toegankelijkheid voor alle gebruikers.

1.3 WCAG (Web Content Accessibility Guidelines)

Internationale richtlijnen voor toegankelijke webinhoud, gericht op gebruikers met beperkingen.

1.4 Gebruikerspersona’s en Archetypen

Methoden om gebruikersgedrag te begrijpen door middel van persona’s en archetypen.

1.4.1 Gebruikerspersona’s

Fictieve gebruikersprofielen gebaseerd op onderzoek, die helpen bij ontwerpbeslissingen.

1.4.2 Archetypen

Gedragsmodellen die de behoeften en motivaties van gebruikers weerspiegelen.

1.4.3 Ad-hoc Persona versus Proto Persona

Vergelijking tussen snel gemaakte persona’s en persona’s gebaseerd op eerste onderzoeksgegevens.

1.5 Toegankelijkheidspersona’s

Persona’s die de behoeften van gebruikers met beperkingen vertegenwoordigen en inclusiviteit bevorderen.

1.6 Verzamelen van Informatie

Overzicht van methoden om gebruikersinzichten te verkrijgen voor betere UX-beslissingen.

1.6.1 Formatief Onderzoek

Onderzoek in een vroege fase om gebruikersbehoeften en problemen te identificeren.

1.6.2 Summatief Onderzoek

Evaluatie van de effectiviteit van een product na implementatie.

1.6.3 Subjectieve Inzichten

Feedback en meningen van gebruikers gebaseerd op persoonlijke ervaringen.

1.6.4 Objectieve Inzichten

Meetbare en kwantitatieve gegevens over gebruikersgedrag en prestaties.

1.7 Het Bepalen van Doel en Toepassingsgebied

Het vaststellen van duidelijke doelen en de reikwijdte van UX-onderzoek en tests.

1.8 Inleiding tot Bruikbaarheidsbeoordelingen en Bruikbaarheidstesten

Uitleg over methoden om gebruiksvriendelijkheid te beoordelen en testen met gebruikers uit te voeren.

1.8.1 Bruikbaarheidsbeoordelingen

Expertanalyses van een product zonder directe betrokkenheid van eindgebruikers.

1.8.1.1 Heuristische Evaluatie

Beoordeling van een product op basis van vooraf gedefinieerde UX-richtlijnen.

1.8.1.2 Beoordeling door Experts

Analyse van UX door ervaren professionals zonder formele heuristieken.

1.8.1.3 Cognitieve Walkthrough

Stap-voor-stap beoordeling van hoe een nieuwe gebruiker een product intuïtief ervaart.

1.8.1.4 Informele Beoordeling

Snelle, niet-gestructureerde UX-beoordeling zonder formeel testprotocol.

1.8.2 Bruikbaarheidstesten

Testen met echte gebruikers om gebruiksvriendelijkheid en obstakels te identificeren.

1.8.3 Wat te Beoordelen en/of Testen in Elke Projectfase

Overzicht van UX- en gebruikerstests op verschillende momenten in een project.

1.8.4 Low- en High-Fidelity Prototypes

Verschillen tussen eenvoudige schetsen en realistische interactieve prototypes.

1.8.5 Bruikbaarheidsbeoordelingen versus Bruikbaarheidstesten

Vergelijking tussen expertbeoordelingen en testen met echte gebruikers.

1.9 Formatieve en Summatieve Bruikbaarheidsevaluatie

Verschil tussen vroegtijdige evaluaties en tests na oplevering.

1.10 Risicogebaseerd Denken

Het inschatten en beheersen van risico’s binnen UX en bruikbaarheid.

1.11 De Invloed van Ontwerp op Bruikbaarheid

Hoe ontwerpkeuzes de effectiviteit en efficiëntie van een product beïnvloeden.

1.12 Risico’s in UX, Bruikbaarheid en Toegankelijkheid

Mogelijke valkuilen en problemen binnen UX en toegankelijkheid.

1.12.1 Categorisatie van Productrisico’s met Betrekking tot het Product Zelf

Risico’s zoals complexe interfaces, verwarrende navigatie en technische beperkingen.

1.12.2 Categorisatie van Productrisico’s met Betrekking tot de Gebruikers

Risico’s zoals cognitieve overbelasting, toegankelijkheidsproblemen en frustratie.

1.12.3 Categorisatie van Productrisico’s met Betrekking tot de Organisatie erachter

Risico’s zoals gebrek aan UX-betrokkenheid, slechte implementatie en hoge kosten.

Schaf deze cursus aan